Groenling
De groenling (Cloris chloris), in de volksmond ook bekend als de groenvink, behoort tot de familie van de vinken. Dit vogelsoort bereikt een lengte van ongeveer 15 centimeter. Het mannetje kenmerkt zich door een olijfgroene kleur, met name zichtbaar op de stuit. De rug toont een bruine tint, terwijl de onderzijde een geelachtige kleur heeft. De vleugelranden en de basis van de meeste staartpennen zijn opvallend helder geel. De stevige snavel is bijna wit van kleur, en de poten hebben een vleeskleurige tint. Het vrouwtje is minder fel van kleur en vertoont een grijsgroene tint, waarbij het geel in haar verenkleed aanzienlijk valer is.
Het nest wordt doorgaans gebouwd in heggen, struiken of dichtbegroeide planten. Het nest bestaat uit een zorgvuldig geweven structuur van takjes, twijgjes en worteltjes, welke vervolgens wordt afgewerkt met haren en veertjes voor extra comfort. Het legsel omvat doorgaans vier tot zes eieren, variërend in kleur van wit tot lichtblauw, voorzien van subtiele roestbruine vlekken. De broedperiode bedraagt ongeveer 12 tot 14 dagen. De groenling voedt zich voornamelijk met zaden. De jongen worden op deskundige wijze grootgebracht door beide oudervogels.